Casussen 1. Medicatie bij maagklachten

Hieronder staat een aantal situaties. Schrijf bij elke situatie een geneesmiddel dat erbij past:

	Situatie	Geneesmiddel
1	Een mevrouw komt met een middel dat de maagwand beschermt.
2	Een meneer heeft al wat langer last van maagzuur.
3	Een mevrouw komt met een recept voor een middel tegen maagzuur.
4	Een meneer heeft een maagzweer.
5	Een mevrouw komt klagen over een geneesmiddel dat bij haar verstopping veroorzaakt.
6	De patiënt gebruikt antibiotica. Twee uur later mag hij dit nemen.
7	Een mevrouw krijgt een kuur tegen helicobacter pylori.
8	Een mevrouw wil een mild middel tegen maagzuur dat ze maar 1 x per dag hoeft in te nemen.
9	Een meneer gebruikt een geneesmiddel dat maagzuur nodig heeft om opgenomen te worden. Hij komt met een recept voor een middel tegen maagzuur dat niet in combinatie met zijn andere geneesmiddel mag worden gebruikt.
10	Een zwangere vrouw wil iets tegen haar maagzuur.

Naar boven